In de Dennenbos tussen Paasloo en Steenwijkerwold staat de kunstbunker. Ik heb hier iets mee. Vroeger woonden we er vlak bij.
De bunker had altijd iets geheimzinnigs. Het was iets van de oorlog. Niet dat er in de zestiger jaren nog iets van oorlogsdreiging was, maar rond de bunker hing altijd iets van van de oorlogssfeer.
Overgenomen uit de Stentor,
Rustende kunst uit bunker
door Marion Groenewoud
PAASLOO - Drieduizend topstukken vonden hier onderdak tijdens de Tweede Wereldoorlog. De kunstbunker in Paasloo herbergt nog steeds volop schilderijen. Sinds 1994 is het fascinerende depot in de bossen dichtbij Steenwijkerwold gevuld met kunst van onder meer museum De Fundatie. “Nur Scheissbilder”, constateerden de Duitsers destijds teleurgesteld na een inval.
De twee zware kluisdeuren staan even open. Er is volop bedrijvigheid in de kunstbunker van Paasloo. Twee mannen verpakken vaardig tachtig schilderijen uit de collectie van Dirk Hannema voor transport naar Zwolle. Een klein werkje met gele pioenen komt op tafel.
“Onze pseudo-Van Gogh”, glimlacht Ralph Keuning, directeur van Museum De Fundatie. “We weten het niet zeker maar ik zou het níet bij voorbaat verwerpen.”Keuning en collectiebeheerder Kristian Garssen bekijken de achterkant van de lijst. “Een vroeg werk uit 1885. Van Goghs periode in Antwerpen”, denken de heren. In 1975 aangekocht door Hannema. Hij kocht altijd vroeg voor een bescheiden bedrag. Zijn collectie bevat meer dan 3500 werken waaronder een echte tekening van Van Gogh en vier ‘pseudo-Van Goghs’ maar ook Mondriaan, Appel, Corneille, Weenix, Picasso, Toorop en Israëls. Echt of onecht, bij Dirk Hannema (1895-1984) weet je het nooit. “Hij heeft zo ontzettend veel aangekocht.
Overgenomen uit de archiwijzer van de stichting Bonas
Op deze website heb ik reeds eerder informatie en artikelen over de kunstbunker in Paasloo geplaatst.
Deze bunker is in 1942 in opdracht van de Staat der Nederlanden als rijksbergplaats voor kunstschatten gebouwd in de bossen bij Paasloo ( Basse ). Op 26 mei 1942 werd begonnen met de bouw van de door rijksbouwmeester G.C. Bremer ontworpen bewaarplaats, die op 15 september 1942 in gebruik werd genomen. Het bomvrije gebouw in de trant van de Delftse School, was bestemd om het nationale kunstbezit uit het Rijksmuseum en andere musea te beschermen tegen oorlogscalamiteiten en werd met de schuilkelders in de Sint Pietersberg het nieuwe onderkomen van circa 3000 Nederlandse kunstschatten, nadat de hiervoor bestemde kluizen in de duinbunkers bij Zandvoort en Heemskerk moesten worden ontruimd. Omdat het hier in tegenstelling tot de andere rijksbergplaatsen om een bovengrondse bewaarplaats ging, was een uitzonderlijk zware constructie vereist voor het gebouw dat werd opgetrokken uit 7000 m3 beton en 750.000 kg wapeningsstaal. Annex bevinden zich aangebouwde dienstwoningen voor personeel en marechaussee. Bij de bewaarplaats werden bovendien een blusvijver gegraven en een ondergrondse materiaalopslagplaats gebouwd.
In 2008 kreeg ik een mail van mevrouw van Veen-Wijnhorst.
Ze had in de nalatenschap van haar vader een collectie fotos gevonden waarin de opbouw van de bunker zeer fraai is weergegeven. Via haar ben ik in het bezit gekomen van deze collectie fotos en heb ze in kunnen scannen.
Haar vader, de heer C. Wijnhorst en zijn collega A. de Groot hebben de fotos tijdens de aanbouw gemaakt. Op de fotos is zeer goed te zien hoe de bouw van deze rijksbergplaats vorderde, hoe dik de muren zijn, en welke enorme hoeveelheden bewapening er werden gebruikt.